Er gaat geen week voorbij of er komt wel ergens een bericht voorbij – zij het op Twitter, Facebook, wijnblog of wijnforum – over de ingewikkelde wijnwetgeving in Duitsland.
Na bijna drie jaar bloggen over Duitse riesling zijn er ook voor ons nog altijd hiaten in onze kennis over hoe alles nu juist in elkaar past.
Daarom beginnen we aan een reeks artikels die de Duitse wijnwetgeving in historisch en economisch perspectief tracht te zetten.
Waarschijnlijk gaat dit ook nog niet 100% volledig zijn. We doen wat we kunnen, en delen alle informatie die we hieromtrent gevonden hebben.
Deel 1: De Duitse wijnbouw in de geschiedenis
Deel 2: De historische voorbode van de Duitse Wijnwet van 1971
3: De totstandkoming van de Duitse Wijnwet van 1971
Zoals gezegd moet de totstandkoming van de wijnwet van 1971 in een ruimer Europees perspectief bekeken worden.
In het midden van de 19de eeuw speelde de wijnbouw een belangrijke rol in de economische ontwikkeling van Frankrijk. Het zorgde voor inkomen, welvaart en werkgelegenheid voor veel inwoners. De invasie van de Phylloxera had dramatische gevolgen en verwoestte vele hectaren wijngaard. Een derde van de wijnoppervlakte was verwoest, en de wijnproductie daalde met 73% tussen 1875 en 1889. Er werd druk gezocht naar een remedie tegen de Phylloxera. Ondertussen wilde de Franse regering vermijden dat de Franse bevolking zich tot andere alcoholische dranken zou gaan wenden. Er werd massaal wijn ingevoerd vanuit Spanje, Italië en Algerije.
Door het enten op resistente onderstokken werd uiteindelijk Phylloxera overwonnen in het begin van de 20ste eeuw. Franse wijngaarden begonnen aan een reconstructie, maar de concurrentie met de goedkope ingevoerde wijnen zorgde voor problemen.
Uiteindelijk zou dit gegeven leiden tot de oprichting van de AOC-wetgeving (Appellation d’Origine Controlée).
Deze wetgeving vormde ook de basis voor de latere Europese wijnwetgeving.
Bij de oorspronkelijke zes leden van de EEG in 1957 waren vier wijnproducerende landen (Luxemburg, West-Duitsland, Frankrijk en Italië). Vooral voor Frankrijk en Italië was wijn een belangrijke koopwaar. Deze twee landen waren ook grote wijnexporterende landen.
De wijnwetgeving in Frankrijk was heel regulerend, de toestand in Italië was veel liberaler: er waren geen prijsinterventies of plantrestricties, maar de Italiaanse regering beperkte wel de invoer van wijn uit niet-EEG landen.
Een tegengestelde situatie in die twee grote landen dus. Om beide politieke situaties in een nieuwe wijnwet te gieten, moesten er onvermijdelijk compromissen worden gesloten.
Een eerste stap naar een Europese wwijnwet was de vereiste voor elke lidstaat om een landregister te maken van de wijnproductie, het meedelen van de jaarlijkse productie en voorraad aan de centrale regering, en strengere eisen te stellen voor “kwaliteitswijnen”.
De finale versie van 1970 was weer een compromis. Door Franse druk werd een minimumprijs voor de wijnmarkt afgesproken, evenals steun voor opslag en tussenkomst bij distillatie van tafelwijn. Nieuwe regelingen kwamen er voor het aanrijken en het alcoholgehalte, een kwaliteitsclassificatie van druivensoorten, en gemeenschappelijke regels voor het etiketteren en gangbare “oenologische praktijken”. De Italianen zorgden er dan weer voor dat er geen plantrestrictie en rooiverplichting kwam, hoewel nieuwe aanplant wel moest gemeld worden aan de bevoegde overheid.
Duitsland voelde de bui hangen. Met meer dan 30.000 geregistreerde wijngaarden en wijngaardjes was er geen beginnen aan om een AOC-wetgeving zoals in Frankrijk in te richten. Bovendien was er geen strikte wettelijke bepaling die de kwaliteit van de wijn reglementeerde, en was de toestand in de Duitse wijnwereld belabberd, door misbruik en fraude.
Om zich binnen de Europese structuur te kunnen handhaven, was een grote herziening van de wijnwet noodzakelijk.
In een poging om af te rekenen met de chaos, werd er een nieuwe Duitse wijnwet aangekondigd in 1969. De Europese wet van 1970 doorkruiste deze Duitse plannen.
Het wetsvoorstel moets herzien worden, en de versie van 1971 bracht de Duitse wet in lijn met de Europese regelgeving, en zorgde tegelijk voor een verregaande vernieuwing. De belangrijkste veranderingen waren:
– een nieuwe classificatiesysteem
– en nieuwe wijnregister en herorganisatie van de wijngaarden
– een verbod op veel van de vermeldingen die tot dan welig tierden op de Duitse wijnetiketten.
Bronnen:
een complete lijst van geraadpleegde bronnen volgt na deze reeks artikels…